PiNCAMP Prijsanalyse 2025: Kampeerprijzen stijgen gematigd

• Duitsland en Zweden blijven de goedkoopste kampeerlanden
• Sterke prijsstijging in Spanje
• Koopjes in het laagseizoen

Let op voor redacties:
Download: De digitale persmap met documenten, grafieken en foto’s

Berlijn, 26 mei 2025 – Kamperen in de zomer van 2025 blijft betaalbaar. Dat blijkt uit de PiNCAMP Prijsanalyse 2025*). De overnachtingsprijzen voor een kampeergezin van drie personen stijgen in Europa met gemiddeld 6 procent tot ongeveer 52 euro. Duitsland (40 euro) en Zweden (43 euro) bieden de goedkoopste overnachtingen van de belangrijkste Europese vakantielanden.

Volgens de analyse stijgen de prijzen op campings met drie of meer sterren volgens de ADAC-classificatie in het hoogseizoen gemiddeld met 6 procent. Een gezin van drie personen betaalt in de zomer gemiddeld 52 euro per nacht voor een kampeerplaats, inclusief een standplaats voor een camper of caravan met trekkend voertuig.

In vergelijking tussen de Europese landen is Duitsland met 40 euro per nacht het goedkoopste kampeerland. Zweden staat op plaats twee met 43 euro. Daarna volgen Frankrijk (50 euro), Denemarken (51 euro), Oostenrijk (53 euro), het Verenigd Koninkrijk (54 euro), Nederland (55 euro) en Spanje (60 euro). De duurste landen zijn, net als voorgaande jaren, Slovenië en Zwitserland (62 euro), Italië (66 euro) en Kroatië (68 euro).

Sterke prijsstijging in Spanje, minimale stijgingen in Zweden en het VK

De duurdere kampeerlanden Kroatië, Italië en Zwitserland blijven met stijgingen van 4 tot 6 procent in de Europese middenmoot. Spanje springt eruit met een stijging van 5 euro per nacht, wat neerkomt op een prijsverhoging van 9 procent ten opzichte van het voorgaande jaar. In het VK (0 procent) en Zweden (1 procent) blijven de prijzen vrijwel gelijk. In Duitsland betaalde een gezin met een tienjarig kind in 2024 ongeveer 38 euro per nacht; in 2025 is dat 40 euro – een stijging van 5 procent.

Kampeerprijzen worden geaccepteerd, verblijfsduur daalt licht

Kamperen is inmiddels een gevestigde vakantievorm. Alleen al in Duitsland werden in 2024 bijna 43 miljoen overnachtingen geteld – een record. De prijzen stijgen licht. “De gematigde prijsaanpassingen zijn begrijpelijk na de stormachtige ontwikkelingen van de afgelopen jaren en worden door kampeerders geaccepteerd. Alleen op de verblijfsduur wordt enigszins bezuinigd, dat blijkt uit onze boekingsdata,” zegt Uwe Frers, kampeerexpert en directeur van PiNCAMP.

Dynamische prijsontwikkeling: koopjes in het laagseizoen

De kampeerbranche reageert op seizoensgebonden vraag met flexibele prijsmodellen. Kampeerprijzen gelden niet langer voor het hele seizoen, maar worden steeds vaker aangepast aan de dagelijkse bezetting en vraag – net als in andere delen van de toeristische sector. Vooral populaire campings, bijvoorbeeld aan de Noord- en Oostzee, het Gardameer of de Kroatische Adriatische kust, passen hun prijzen bij grote vraag naar boven aan. “Ik raad daarom iedereen aan om de zomervakantie zo vroeg mogelijk te boeken om een gunstige prijs te verzekeren,” zegt Frers. “Via de beschikbaarheidszoeker op anwbcamping.nl  zijn beschikbare campings snel te vinden, voorwaarden te vergelijken en direct online te boeken.” Wie in het laagseizoen reist, kan volgens Frers echte koopjes scoren: “Prijzen in het laagseizoen liggen ongeveer een derde lager dan in het hoogseizoen. Met de ADAC Campcard kun je bovendien tot 50 procent extra korting op de overnachtingsprijs krijgen.” De ADAC Campcard is gratis beschikbaar bij de ADAC campinggidsen en de ADAC camping-app en is niet los verkrijgbaar.

*) Definitie: De PiNCAMP Prijsanalyse berekent het bedrag dat een kampeergezin van drie personen moet betalen voor een overnachting in het zomerse hoogseizoen. Dit is inclusief kosten voor twee volwassenen, een kind tot 10 jaar, en de staanplaats voor een camper/auto of caravan met trekkend voertuig. Voor Europa zijn de prijsgegevens van ongeveer 2.000 campings meegenomen met een ADAC-classificatie van drie sterren of hoger in landen als Zwitserland, Kroatië, Italië, Spanje, Frankrijk, het VK, Slovenië, Oostenrijk, Denemarken, Duitsland, Nederland en Zweden.